Mijn vader woont ruim een jaar in kleinschalig wonen. Hij is in dat jaar erg achteruit gegaan en is steeds meer 'in de war'.
Aan het eind van de middag wordt hij onrustig en denkt (oprecht) dat hij daar weg moet (sowieso vind hij het daar niet leuk en wil weg, maar dit terzijde). Hij vraagt dan bv, wijzend naar zijn schoenen, 'die moeten toch ook mee'. Hij lijkt zijn spullen te herkennen maar denkt daar niet te wonen. Omdat hij moeilijk kan praten omdat hij de woorden niet meer weet, kan hij het me moeilijk duidelijk maken wat hij denkt. Hij wordt verdrietig en ook geïrriteerd, opstandig en bozig omdat ik geen aanstalten maak om spullen te pakken ed. Ik kan wel wat pakken maar hem uiteraard niet meenemen als ik weg ga.
Ik begrijp dat het in het algemeen goed is om in de gedachten van mijn vader mee te gaan, maar in dit geval kan dat niet, want ik ga weg en hij blijft daar. Als ik dat zeg, dan ontkent hij dat en zegt 'dat ik er niks van begrijp'. Want hij denkt het echt.
Ik vind het naar om hem zo achter te moeten laten, verdrietig, bozig en in de war. Hoe ga ik hiermee om en wat kan ik het beste zeggen?
Met vriendelijke groeten.